De daling van de literverkoop vlakt waarschijnlijk af tot 1 procent in 2016. Ook in de jaren daarna is er een daling van 1 à 2 procent te zien. Dat voorspelt de Rabobank in haar brancherapport over de tankstationbranche. Door een aantrekkende economie stijgen de volumes in de transportsector, wat een verkoopafname door steeds zuinigere auto’s gedeeltelijk compenseert. Dalingen van zes procent of meer, zoals vorig jaar, behoren daarmee voorlopig tot het verleden.

Hoewel de brandstofverkopen al enkele jaren achter elkaar dalen, is de sector toch nog goed voor een totale jaaromzet van twintig miljard euro. Dat is zo’n tien procent van de totale detailhandelsomzet. Elke dag komen er volgens de Rabobank ongeveer 1,2 miljoen bezoekers bij tankstations over de vloer.

Wagenpark
Een stijging van de literverkoop valt echter niet te verwachten. Door een stabiel aantal personenauto’s, een gelijkblijvend aantal gereden kilometers en een steeds zuiniger en groener wordend wagenpark, blijft de trend dalende. Ook andere factoren, bijvoorbeeld thuiswerken, doen een duit in het zakje.

In combinatie met een steeds prijsbewustere klant, betekent dit dat onderscheidend vermogen steeds belangrijker wordt voor tankstations. “De ondernemer zal keuzes moeten maken om zijn tankstation aantrekkelijk te laten zijn voor de automobilist. Dit moet met een gunstige locatie, of alleen op prijs, of in combinatie met een excellent productaanbod, afgestemd op de doelgroep, en persoonlijke service”, schrijft de bank in haar brancherapport.

Kansen
Kansen zijn er dus nog steeds voor de petrolbranche. Het rapport wijst in dit verband onder meer op het feit dat automobilisten gevoelig blijven voor gemak en voedingsproducten onderweg. Ook het aanbieden van alternatieve brandstoffen maakt het mogelijk om onderscheidend te zijn. Tevens bieden loyaliteitsprogramma’s volop kansen voor klantenbinding, al wil de consument hierbij wel verrast worden.

FOCWA Eurogarant is bezig met een drietal ontwikkelingen, die de relevantie van het keurmerk verder versterken. Voorzitter Nico van Beveren: “In zijn belofte aan de consument gaat Eurogarant verder dan ooit. Wat betreft het toetsen van die belofte verandert er niets: dat blijft het werk van onafhankelijke specialisten.”

Tot nu gaf het Eurogarant-certificaat opdrachtgevers de zekerheid van 4 jaar garantie op de geleverde arbeid plus 2 jaar garantie op de kwaliteit van de onderdelen. Na goede samenspraak met de spelers in de branche breidt Eurogarant deze 2-jaarstermijn uit. De termijn wordt 4 jaar, ook als de oorspronkelijke fabrieksgarantie op delen 2 jaar bedraagt.

Nieuw: twee certificatie-structuren
De certificatie vanuit Eurogarant zal aansluiten op het onderscheid dat de branche tegenwoordig hanteert:
– cosmetische autoschades
– structurele autoschades
Daarom wordt nu hard gewerkt aan twee certificatie-structuren. Daaraan worden twee versies van het keurmerk gekoppeld. Het keurmerk Eurogarant Special waarborgt de afhandeling van cosmetische schades. Eurogarant Integral beslaat beide schadecategorieën. Begin december zijn de specificaties beschikbaar.

Transparantie keurmerk verzekerd
De kwaliteitsbewaking van de borgingssystemen waar Eurogarant achter staat, blijft de verantwoordelijkheid van onafhankelijke experts. Controleurs van DEKRA en Kiwa zien er op toe, dat Eurogarant-gecertificeerde bedrijven werken volgens de procedures en voldoen aan de vastgestelde normen. Nico van Beveren: “De consument zal en mag verwachten, dat de beloofde kwaliteit staat als een huis; dus in handen is van vakmensen die volledig vrij zijn met hun oordeel over kwaliteit in schadeherstel.”

Hoewel bijna driekwart van de bevolking het belang van winterbanden inziet, schakelt ‘slechts’ 45 procent van de automobilisten in de winter over op winterbanden. Dit blijkt uit onderzoek in opdracht van Bridgestone Nederland onder 1.017 Nederlanders.

Uit het door Multiscope uitgevoerde onderzoek blijkt verder dat ruim een op de tien automobilisten zijn banden niet wisselt omdat hij van mening is dat dit in de Nederlandse winters geen meerwaarde heeft. Bijna 20 procent denkt dat ze te weinig kilometers maken waardoor het niet nodig is om winterbanden onder de auto te laten zetten. Eerder bleek uit de Bandenmonitor van Kwik-fit dat 37,1 procent van de automobilisten op winterbandenbanden rijdt in de winter.

In het noorden van het land wordt er het meest op winterbanden gereden, namelijk door 61 procent van de automobilisten. In de drie grootste steden (Amsterdam, Rotterdam en Den Haag) ligt dit percentage op 38 procent.

Nuttig
Hoewel niet iedereen met winterbanden rijdt, ziet een groot deel van de Nederlandse automobilisten wel het nut in van dit type band. Een kwart van de mannen ziet het belang van winterbanden zodra de temperatuur naar het vriespunt zakt, tegenover 13 procent van de vrouwen. Twee op de tien Nederlandse automobilisten wisselt zijn banden dan ook als het buiten begint te vriezen. 18 procent schakelt ieder jaar rond een vaste datum, bijvoorbeeld met het ingaan van de wintertijd, over op winterbanden.

Focwa Schadeherstel heeft besloten de toetsen voor de AST (autoschadetechnicus) modules voortaan te laten uitvoeren door IBKC, het exameninstituut van de carrosseriebranche. De overdracht is per deze maand ingegaan en maakt deel uit van de reorganisatie van Focwa, meldt de branchevereniging.

De branchetoetsdocumenten blijven ongewijzigd en waren al opgenomen in de Branche Kwalificatie Structuur (BKS) Carrosserie. IBKC beschikt over een examenbank met ruim 15 duizend gelegitimeerde vragen. Met het toevoegen van de Focwa AST-examens wordt de continuïteit en kwaliteit van examens in de toekomst gewaarborgd, aldus Focwa. Er zal een digitaal register worden ingericht waarin de behaalde certificaten worden opgenomen. Welke certificaten in het register worden opgenomen zal Focwa later bepalen.

Nu de AST-modules zijn opgenomen in de BKS, volgt hierop ook een BKS-toets die wordt afgenomen in de IBKC digitale examenomgeving.

Bijna de helft van de eigenaren van een mkb (midden- en kleinbedrijf) is bereid zijn onderneming van de hand te doen als ze een goed bod krijgen. Maar voor de daadwerkelijke verkoop zien ze nog wel beren op de weg. Zo zegt negen op de tien ondernemers hun bedrijf alleen van de hand te willen doen als de overnemende partij goed voor de medewerkers zorgt. Dat blijkt uit de Marktlink Bedrijfsovername-Monitor.

Zeventig procent van de ondernemers zegt wel eens na te denken over opvolging of de verkoop van hun bedrijf. De meest genoemde reden voor verkoop is leeftijd van de eigenaar (zegt 49 procent). Negentien procent van de ondernemers zegt verkoop te overwegen om meer tijd te hebben om van het leven te genieten.

Hamer introduceert de Hybrid Tank, een bovengrondse tank voor diesel, smeerolie, afgewerkte olie, biodiesel en kerosine. Ook komt er een variant voor opslag van Adblue.

De Hamer Hybrid Tank bestaat uit een stalen buitenbak in C4 coating met een rotatiegegoten kunststof binnentank. Tussen de tank en lekbak is een waterkerende seal geplaatst waardoor er geen water in de lekbak kan komen.

De tank heeft flexibele opbouwmogelijkheden. Zo zijn er ruim voldoende aansluitmogelijkheden voor pompsets en inhoudmeetsystemen. Ook is de tank voorzien van een geïntegreerde vulpuntmorsbak met standaard een Kiwa overvulbeveiliging. De inhoud van de bak is dusdanig dat lekdetectie overbodig is en dus ook geen jaarlijkse verplichte keuring nodig heeft.
 
Voor de nieuwe tank gelden dezelfde plaatsingsvoorschriften als voor stalen tanks, hij is Kiwa gecertificeerd en 1 uur brandwerend. Groot voordeel is volgens Hamer dat er geen water- en/of sludgemetingen nodig zijn en er geen interne inspectie noodzakelijk is bij herkeur vanwege de testlabels die in de tank zijn aangebracht. De tank is leverbaar in een 1.650 liter en 2.650 liter variant.

Nieuwe kansen voor garagisten, importeurs en grossiers om onderdelen te verkopen

Als eerste in de industrie stellen Marktplaats en IZI Motive fabrikanten in staat om hun auto-onderdelen direct online aan te bieden. Daartoe ontwikkelden beide partijen een integratie van hun platformen via een API-koppeling. Met deze oplossing kunnen fabrikanten, maar ook alle andere leveranciers van onderdelen, rechtstreeks in contact komen en zaken doen met de consument.

De rechtstreekse verkoop van auto-onderdelen aan de consument door de fabrikant gaat naar verwachting veel stof doen opwaaien en heeft een flinke impact op de verkoopketen van auto-onderdelen. Voor garagisten, importeurs en grossiers betekent de komst van de fabrikant in het online verkoopproces dat ze naast concurrentie ook kansen krijgen aangeboden. Immers fabrikanten bieden louter het onderdeel aan en niet de spoedlevering, plaatsing of onderhoud ervan. Het nieuwe platform biedt ruimte voor dit soort aanvullende proposities.

API-koppeling

De API-koppeling zorgt voor een directe verbinding tussen het onafhankelijke B2B handelsplatform IZIMotive.com en Marktplaats. Met het IZI-platform bereiken onderdeel leveranciers al de zakelijke markt. Middels de koppeling met Marktplaats kan men nu ook de consument bereiken. Hierdoor krijgen consumenten de keuze uit een nog groter aanbod en krijgen aanbieders toegang tot een grotere markt.

Tot slot verbetert het nieuwe platform de transparantie en toegankelijkheid van de auto-onderdelen markt. De online informatievoorziening over de oorsprong en geschiktheid van het auto-onderdeel maakt het vanaf nu voor de klant niet meer uit welk aankoopkanaal hij/zij kiest.

Leendert Bottelberghs, Head of Car Parts Business Marktplaats: “Wij zijn trots op deze samenwerking met experts in de industrie en denken op deze manier zowel consumenten als onze zakelijke klanten nog beter van dienst te zijn. Als Marktplaats proberen we in alle markten de online handel te stimuleren door met relevante en innovatieve oplossingen te komen. Met deze samenwerking denken wij dat we ook voor auto-onderdelen gaan bijdragen aan de online groei.”

Paul Spijkers, Algemeen directeur IZI Motive, over de samenwerking: "Wij zijn enorm verheugd op de samenwerking met Marktplaats als grootste autosite met de meeste bezoekers. We delen de visie dat online directe distributiekanalen de toekomst zijn. Middels deze samenwerking stellen we de markt in staat om onderdelen efficiënt te distribueren naar alle partijen in de keten waaronder de consument.”

Shell opent de Shell Academy, een speciaal opleidingscentrum waar medewerkers van tankstations trainingen kunnen krijgen met als doel een nog betere service te kunnen verlenen op stations. De trainingen zijn ontwikkeld in samenwerking met opleidingsinstituut NCOI en moeten deels als vrijstelling voor een officieel MBO-diploma gebruikt kunnen worden.

Met het oprichten van het opleidingscentrum zet Shell een volgende stap in het verbeteren van de dienstverlening op stations in Nederland. “De Shell Academy moet eraan bijdragen dat de gastheren en -vrouwen van de stations, zichzelf verder kunnen ontwikkelen. Naast een mooi carrièrepad voor medewerkers, bieden we tegelijkertijd de best mogelijke service aan onze gasten”, vertelt Machteld de Haan, General Manager Shell Retail Nederland.

De Shell Academy biedt een combinatie van online en klassikale trainingen en bestaat uit vier verschillende niveaus. Medewerkers kunnen zich ontwikkelen op verschillende gebieden zoals productkennis, veiligheid en gastvrijheid. Ook belangrijke vaardigheden zoals communicatie, management en teamcoaching komen aan bod.

Het instapniveau is gericht op de basiskennis van het werken bij een tankstation. Vervolgens kan men zich verdiepen in verschillende onderwerpen en zich uiteindelijk specialiseren in bijvoorbeeld technische productkennis of coaching. Het hoogste niveau geeft de gastheren en -vrouwen de handvatten om opgeleid te worden tot manager van een eigen locatie.

De eerste twee niveaus bevatten opdrachten die gebaseerd zijn op realistische situaties bij de stations. Een assessment aan het einde van beide levels laat zien of de leerstof goed wordt beheerst. De manager kan vervolgens accreditatie geven voor het betreffende niveau. Vanaf begin volgend jaar moet accreditatie van level 1 en 2 gedeeltelijk vrijstelling geven voor het behalen van een officieel MBO-diploma.

Onderscheiden door service
Shell is voortdurend bezig met het verbeteren van de dienstverlening en service op tankstations. Service speelt hierbij een belangrijke rol. Service, niet alleen naar de gasten van de stations maar ook naar de mensen die er werken. Een belangrijk aspect daarvan is het bieden van kansen aan nieuw talent, maar ook investeren in huidige medewerkers.

Over Shell in Nederland
Op dit moment werken er ongeveer 4.000 mensen bij de tankstations van Shell in Nederland in dienst van de retailers en dealers. De gemiddelde gastheer of -vrouw blijft ongeveer zeven jaar werkzaam bij een Shell tankstation. De Shell Academy kan er wellicht aan bijdragen dat dit gemiddelde nog verder omhoog gaat.

Onderzoek
Shell streeft ernaar zijn gasten de beste service en kwaliteit te bieden. Uit onderzoek1 blijkt dat 85% van de Nederlanders gelukkiger wordt van de glimlach van winkelpersoneel dan van een cadeau (52%) of beloning (44%). Productkennis en een snelle afhandeling van de transactie scoren ook bijzonder hoog. “De Shell Academy zal een grote rol spelen bij de verdere verbetering van onze service aan klanten. Maar ook andere aspecten dragen bij aan een prettige tankstop. Dankzij diverse partnerships kunnen we bij onze stations bijvoorbeeld verse producten, heerlijke koffie, frisse toiletten en gratis Wi-Fi aanbieden”, aldus Machteld de Haan. Stoppen bij Shell wordt daarmee steeds meer een bewuste keuze voor automobilisten.

Automobilisten gaan steeds vaker naar wasstraten en locaties met rollovers. Het percentage autorijders dat van deze wasvormen gebruikmaakt, steeg van 44 procent in 2012 naar zo’n 53 procent dit jaar. Deze toename gaat vooral ten koste van het thuis wassen. Dat blijkt uit een onderzoek dat is uitgevoerd door Bovag. Daaruit blijkt ook dat de gemiddelde opbrengst per wassing toeneemt. Tegelijkertijd zijn er zo’n 800.000 Nederlanders die hun auto helemaal nooit wassen.

Brancheorganisatie Bovag heeft de afgelopen maanden onderzoek gedaan naar het wasgedrag van ruim duizend autorijders. Hen is gevraagd wat voor soort wassing ze doorgaans kiezen, waarbij thuis wassen of nooit wassen ook opties waren. Tevens werd onderzocht wat de gemiddelde uitgave per wasbeurt was.

Wasstraat
Van de ondervraagden gaat ongeveer 35 procent naar een wasstraat. Dat was bij het vorige onderzoek drie jaar geleden nog 30 procent. Ook de populariteit van rollovers neemt toe. Bijna 20 procent van de autorijders kiest voor rollovers, terwijl drie jaar geleden nog maar 14 procent dat deed.

Als verklaring noemen de onderzoekers de financiële crisis, die in 2012 meer voelbaar was dan nu. Daardoor zijn mensen dit jaar meer bereid om extra geld uit te geven aan hun auto dan destijds. Het aantal gebruikers van zelfwasboxen bleef ongeveer gelijk, namelijk zo’n veertien procent. Het aandeel mensen dat overwegend thuis de auto wast, daalde van veertig naar dertig procent.

Directeur Peter van der Veen van wasinstallatie-leverancier Washtec herkent de stijgende populariteit van beide wastypen. ”Wij zien dat de acceptatie van machinaal wassen langzaam terrein wint. Mensen krijgen er steeds meer vertrouwen in. Wat ook meespeelt, is dat steeds meer mensen moeilijker met een tuinslang bij hun auto kunnen komen, bijvoorbeeld omdat ze in een flat wonen of op een woonerf. Voor het gemak kiezen ze dan voor een rollover of wasstraat.”

Gemiddelde besteding
De bereidheid om meer uit te geven, komt ook terug in de gemiddelde bestedingen. Vooral bij rollovers en wasstraten steeg het bedrag. Bij de vorige meting van de gemiddelde uitgaven, in 2008, besteedden klanten bij rollovers en wasstraten respectievelijk 6,98 en 9,14 euro. Dit jaar waren beide gemiddeldes gestegen naar 9,18 en 10,50 euro.

Bij wasboxen zit er weinig verschil in de gemiddelde uitgave per wassing. In het onderzoek van 2008 lag de gemiddelde wasprijs op 4,66 euro. Dit jaar is dat 4,72 euro. ”Die prijs is al jaren stabiel”, herkent Van der Veen. ”Dat komt doordat er weinig innovatie plaatsvindt in dit segment.”

”We zien dat ondernemers die wél innovaties toepassen bij hun wasboxen daar ook van profiteren. Bijvoorbeeld als je polish, powerschuim en velgenchemie aanbiedt, gaat de klant dat toch gebruiken. En dan neemt de gemiddelde besteding toe, naar bijvoorbeeld zes of zeven euro. Ook de mogelijkheid voor contactloos betalen in de wasbox verhoogt de gemiddelde besteding.”

Aantal waslocaties
Het aantal waslocaties bleef ongeveer hetzelfde in vergelijking met drie jaar geleden. Momenteel zijn er zo’n zeventienhonderd plekken in Nederland waar je tegen betaling de auto kunt wassen of laten wassen. Dat was bij de vorige meting ook al het geval. Daarnaast zijn er momenteel 173 truckwash-locaties. Dat waren er drie jaar geleden ruim honderd. Daarin lijkt dus wel een flinke toename te zijn.

Daar wil Van der Veen nog een andere recente ontwikkeling aan toevoegen. Hij signaleert namelijk een forse groei van waslocaties bij autodealers en -garages. Het gaat hierbij zowel om wasinstallaties puur voor eigen gebruik als voor commerciële doeleinden.

”Daar zitten dealers bij, die tot voor kort duizenden wassingen bij een carwashlocatie lieten doen. Zij wassen hun voertuigen nu op hun eigen terrein. Dat levert tijd- en kostenbesparing op, al is het niet prettig voor carwashbedrijven. Daarnaast zie je dat sommige autogarages de machine niet alleen inzetten voor eigen gebruik, maar er ook publiek uit de omgeving mee willen trekken.”

Het dieselmotormanagementsysteem van Bosch, dat onder meer wordt gebruikt door Volkswagen Group, is niet voorgeprogrammeerd om te herkennen wanneer een voertuig een emissietest ondergaat. Dat meldt het Amerikaanse Environmental Protection Agency aan Automotive News Europe.

Volkswagen heeft zelf de software aangepast om zo het uitstootcontrolesysteem van een voertuig in te schakelen wanneer hij aan een rollenbanktest wordt onderworpen, en weer uit te schakelen als het voertuig op de weg rijdt.

Bosch is leverancier van de motormanagementmodule EDC17 en basissoftware voor bijna elke vier-cylinder dieselauto die in Noord-Amerika wordt verkocht. Volgens de EPA detecteert standaard automotive software niet dat een auto op een rollenbank staat.

Bosch zegt dat het componenten levert op basis van de specificaties van autofabrikanten. “Hoe zij deze kalibreren en integreren in het volledige systeem, is de verantwoordelijkheid van de fabrikanten zelf”, zegt een Bosch-woordvoerder tegen Automotive News Europe. Het is niet duidelijk wat de rol van Bosch precies was in het dieselschandaal. Het bedrijf beroept zich op de vertrouwensrelatie met zijn klanten.

Eerder liet Bosch aftermarket-directeur Thierry Leblanc in gesprek met Automotive al weten dat Bosch de software weliswaar ontwikkelde, maar niet met het doel om emissietests te manipuleren.